Leerdoel: Na afloop van mijn stage ben ik bewust van verschillende beïnvloedingsstijlen, waardoor ik beter bij mijzelf en mijn standpunt kan blijven.
Actieplan: In mijn stage zal ik te maken krijgen met verschillende partijen die workshops aanbieden. Deze partijen zullen af en toe een ‘schop onder de kont’ nodig hebben om juist te handelen. Met behulp van onderstaand schema geef ik mezelf de mogelijkheid om voor iedere situatie een geschikte beïnvloedingsstijl te hanteren.
Ik wil dit zelfstandig ontwikkelen. Het begint met bewustwording van verschillende stijlen en mijn reactie erop. Ook zal ik bewust moeten worden van de stijl die ik toepas. Ik zal mijn omgeving vragen of zij verschil zien aan mijn houding en hoe zij dit ervaren.
Leerdoel: Na mijn stage ben ik bewust van mijn ontwikkelingspunten en ontwerp daarvoor een ontwikkelweg, om verbeteracties te ondernemen.
Actieplan: Bewustwording. Door begeleidingsmomenten met mijn praktijkbegeleider, collega’s en consultatiegroep van Inholland word ik bewust van ontwikkelingspunten. Gedurende de stage zal ik mij bewust worden van deze punten, zodat ik na mijn stage een ontwikkelweg kan maken om met ten tijde van mijn afstuderen aan de slag te gaan met de ontwikkelingspunten.
Aan mijn begeleiding zal ik vragen om mij feedback te geven op mijn ontwikkelingspunten. Mocht er iets te binnen schieten, dan sta ik open voor directe communicatie hierover.
Leerdoel: Gedurende de stage houd ik mijn planning goed in de gaten, waardoor ik zaken zonder stress af kan ronden.
Actieplan: Hoewel ik met plannen en het halen van deadlines geen probleem heb, komt het nog wel voor dat de weg ernaartoe niet verloopt zoals ik gewild had. Soms heb ik de neiging om ergens in te duiken en dan zo veel hooi op mijn vork te nemen, dat ik niet alles kan afronden op de manier waarop ik wilde. Deze stage biedt me veel mogelijkheden en verantwoordelijkheden, waardoor ik mijzelf kan leren om op een goede manier met mijn tijd om te gaan. Het doel is om stress te voorkomen en toch alles af te kunnen ronden. Hierbij hoort ook het ‘nee’ zeggen tegen zaken.
Ik wil aan mijn praktijkbegeleiding vragen of zij af en toe wil vragen of ik nog goed op schema lig. Maar zij mag de situatie ook ‘uitlokken’ door juist extra taken te geven. Op deze manier worden er leermomenten gecreëerd.
Leerdoel: Ik ben mij bewust van de soort informatie, zoals gesteld in de indicator, waardoor ik kan afwegen hoe waardevol de informatie is.
Actieplan: Bij het uitvoeren van mijn onderzoek zal ik gesprekken voeren met verschillende medewerkers, managers en HRM-functionarissen. Door bewust te zijn van de verschillen tussen de soorten informatie, kan ik een conclusie trekken uit de informatie. Tevens kan ik waarde hechten aan de verkregen informatie. Een interpretatie van iemand hoeft namelijk niet per se waar te zijn.
Leerdoel: Tijdens de stage treed ik ten minste vijf 
keer buiten mijn comfortzone, zodat ik meer zelfvertrouwen ontwikkel. Dat wil zeggen dat ik situaties op zoek die ik normaliter niet op zou zoeken, omdat ik geen fouten wil maken.
Actieplan: Gedurende de stage wil ik leren hoe ik minder kritisch op mijzelf kan zijn op het gebied van fouten maken. Ik wil mijn fouten los van mijn persoonlijkheid gaan zien. Door af en toe in het diepe te duiken en dingen buiten mijn comfortzone te doen, zal ik meer zelfvertrouwen ontwikkelen. Zo zal ik opdrachten eerst zelf proberen, voordat ik om begeleiding vraag. In plaats van direct te vragen “Hoe kan ik dit het beste doen?”, zal ik een begin maken en vervolgens vragen of ik op de juiste weg zit.
Van mijn begeleiding vraag ik om mij het woord te geven bij onbekende groepen. Dit zou ik normaliter niet doen, dus dat is een goede manier om buiten mijn comfortzone te treden. Vervolgens zou ik het ook prettig vinden om er na afloop kort op terug te kijken; wat vond ik ervan, wat ging (minder) goed, wat doe ik de volgende keer.
Joyce' HRM 